Wat staat er in ieder geval in de arbeidsovereenkomst

In de schriftelijke arbeidsovereenkomst moeten in ieder geval de volgende aspecten vermeld staan:

Naam en woonplaats van werkgever en werknemer
De (plaats) waar het werk wordt verricht
De functie van de werknemer of de aard van het werk
Het brutoloon
De datum waarop het contract ingaat
Tot welke datum het contract geldig is
Welke CAO van toepassing is
De werktijden: de werkuren per week of per dag
De opzegtermijn
Bij een tijdelijk contract: de mogelijkheid om tussentijds op te zeggen en de opzegtermijn daarvoor
De proeftijd

In een arbeidsovereenkomst kunnen ook afspraken worden gemaakt over bijvoorbeeld overwerk, vakantiedagen, vakantiegeld en pensioen.

Soms zet je werkgever in je contract dat je bepaalde dingen die je op je werk hoort en leest geheim moet houden (geheimhoudingsplicht) of dat je na afloop van je contract niet meteen voor een concurrent mag gaan werken (contractbeding).

Soorten contracten

Er zijn twee soorten contracten: contracten voor bepaalde en onbepaalde tijd.

Een contract voor bepaalde tijd is voor een bepaalde tijd geldig. Het eind van een tijdelijk contract kan worden bepaald door een tijdstip, de afronding van een bepaalde klus of een bepaalde gebeurtenis, bijvoorbeeld in verband met vervanging bij ziekte. Het einde van het contract is dus meteen het einde van je dienstverband. Opzeggen is niet nodig, maar wel netjes als die door beide partijen gebeurt. Een tijdelijk contract kan overigens altijd worden verlengd.

Kijk voor meer informatie op www.fnv.nl/ www.cnv.nl.

Proeftijd

Wettelijk is vastgesteld dat een proeftijd niet langer dan 2 maanden mag zijn. Bij arbeidsovereenkomsten die korter duren dan twee jaar is de maximale proeftijd een maand. In een CAO kan weer zijn vastgelegd dat de proeftijd twee maanden is. Over proeftijden moeten jij en je werkgever afspraken maken die schriftelijk moeten worden vastgelegd.

Opzegtermijn

Een opzegtermijn is de periode die er moet liggen tussen de dag waarop je je baan opzegt en de dag waarop je echt vertrekt. De wettelijke opzegtermijn is een maand. Soms kunnen in CAO’s of een individuele arbeidsovereenkomst afwijkende termijnen gelden, variërend van twee tot maximaal zes maanden.

Concurrentiebeding met boetebepaling

Met een concurrentiebeding met boetebepaling probeert je werkgever te voorkomen dat je overloopt naar een concurrent. Als je je handtekening onder het contract zet en je bent 18 jaar of ouder, dan zit je aan de afspraak vast. Bedenk dus voor je je handtekening zet of de baan deze beperking waard is. Er mag geen concurrentiebeding meer worden afgesloten waardoor je langer dan een jaar je vak niet kunt uitoefenen. Verder moet in het concurrentiebeding worden vastgelegd voor welke werkzaamheden en voor welk geografisch gebied het beding geldt. Als je door de afspraak te veel wordt benadeeld, kan de rechter het beding wijzigen of opheffen. Soms kan hij een compensatie voor het nadeel vaststellen.

Wanneer krijg je een arbeidsovereenkomst

Je werkgever is verplicht om je binnen een maand na je indiensttreding een schriftelijke arbeidsovereenkomst te geven. Weigert je werkgever je een arbeidsovereenkomst, dan is het verstandig om je loonstroken goed te bewaren. Want als er geen schriftelijke arbeidsovereenkomst komt, gelden je loonstroken als bewijs. Loonstroken hoor je met een zekere regelmatig te ontvangen. In ieder geval bij de eerste uitbetaling en daarna in elk geval wanneer er iets verandert in je loon, bijvoorbeeld bij een salarisverhoging.

Aangenomen, en dan...

Weer naar school

Werken en leren

Werk zoeken

Solliciteren

Uit de praktijk!

Geldvragen